Geen categorie

‘Een schooltrauma? Wat een gezeur!’ 

Foto door Pixabay op Pexels.com

Je hoort er steeds vaker over: kinderen met een schooltrauma. School is zo erg geworden dat alleen al de gedachte aan een klas, of een schoolboek, of een les zorgt voor angsten. Die angsten kunnen zo groot worden dat het verlammend werkt: de leerling komt zijn bed niet meer uit, is voortdurend moe, trekt zich terug bij het woord ‘les’ of  ‘leerboek’: het lukt gewoon niet meer. 

Is het een hype? Aanstellerij? Kan zo’n jong iemand al overspannen zijn? Zijn onze kinderen of hun ouders veranderd in zachte sneeuwvlokjes die niks kunnen hebben? 

De schilder 

Denk aan je eigen werk. Misschien ben je een schilder. Of een accountant. Of werk je op de spoedpost. Het voorbeeld werkt met alles, dus ook met jouw beroep. Maar laten we even ‘schilder’ kiezen. 

Stel je voor dat je acht uur hebt gewerkt, even gaat eten en dan weer acht uur werkt. Je kan even douchen en slapen en een paar uur later ga je weer acht uur aan de slag. Korte eetpauze en dan nog acht uur. Twee dagen van zestien uur want de baas heeft het druk en wil achterstanden wegwerken! 

In die tijd krijg je ook nog een aantal keer flink op je kop: je doet dit niet goed en dat niet goed, je moet je beter inzetten, verbeteren, niet verslappen, zelfstandiger zijn maar wel precies doen wat ze zeggen, je moet eigen initiatief laten zien maar wel correct raden in welke kleur de deur geschilderd moet worden, je moet de procedure volgen en geen stappen overslaan, hoe onzinnig de stap ook is. 

En een van je collega’s is gezegend met een gevoel voor humor dat ver af ligt van het jouwe. Wat hij een beetje plagen noemt, voelt voor jou als pesten. ‘Ah joh, daar moet je maar tegen kunnen!’ roept hij, als je er wat van zegt. Ondertussen verstopt hij je broodtrommel, dist hij verhalen over al je fouten op tijdens de gezamenlijke koffiepauze en vindt hij het lollig om je witte kwast stiekem te vervangen voor een rode, waardoor je een hele emmer witsel bederft. Natuurlijk krijg jij daar de schuld van want hij claimt van niks te weten. ‘Ah, geintje, toch? Moet kunnen,’ zegt hij. En je hoort hem opscheppen tegen de collega’s: dat was weer een prachtstunt. 

Na die twee dagen van zestien uur kom je moedeloos thuis. Daar staat je partner al klaar met een pot verf en een kwast. Je had immers zo beloofd om de voordeur te schilderen. 

De weerstand die je op dat moment voelt. Dat is het. Het lukt gewoon niet meer. En je bent te laat om er nog wat aan te doen, je kan die 2 x 16 uur niet ongedaan maken. 

Misschien zegt je partner wel: ‘Joh, doe dan alleen dat ene plankje. En dan ga je morgen maar 4 uur werken en heb je genoeg tijd om de rest te doen.’ 
Dat klinkt passend en ontlastend, maar dat lukt je ook niet. Je bent gewoon nog helemaal moe van die 2×16 uur. En om eerlijk te zijn is het plankje dat je uiteindelijk doet niet om aan te zien. Allemaal strepen. Je begint er enorm tegen op te zien. Ben jij een schilder? Of een bedrieger? Nee, je kan het gewoon niet meer opbrengen. 

We zouden dit een burn-out noemen. Overvraging. Na een periode van rust komt er weer overzicht. Natuurlijk was dat plankje slordig maar dat kwam omdat je zo moe was. Nu je een paar nachten goed geslapen hebt, omringt bent door vriendelijke mensen en een dagje rondgenetflixt hebt, voel je je al veel beter. Niet dat je terug naar je werk wilt, die collega is er immers nog. Maar je voelt je al niet meer zo rot over jezelf. Samen met je partner besluit je om jezelf een tijdje ziek te melden, om bij te komen. En daarna … een nieuwe baan misschien, zonder die collega? 

De leerling

Maar waar een schilder zichzelf burned-out kan verklaren, of kan zeggen: ‘Nu heb ik vrij nodig en anders kom ik helemaal niet meer’, kan een leerling van een school dat niet. Die moet door. De onderwijstrein stopt voor niemand. Je wordt vanaf de eerste klas opgeleid voor het examen in de laatste klas. Zou je een jaar overdoen zit je ineens in een tijdlijn naar een ander examen. En als je een paar maanden mist voldoe je niet aan de aanwezigheidsplicht en maak je te weinig tentamens. Ook nu kan je het examen niet meer halen. In alle eerlijkheid kan je het waarschijnlijk wel, er bestaat ook nog zoiets als thuisstudie, motivatie, algemene kennis en gezond verstand, maar scholen durven daar niet op te gokken. Lagere slagingspercentages kunnen leiden tot minder inschrijvingen, dus volgen ze de procedures en worden mensen die het niet meer kunnen halen tijdig uit de trein gezet.  

Het enige dat erop zit is meerijden met het treintje om het eindstation op tijd te halen. 

Als je nou een gewone student bent, zo een met pech maar zonder beperkingen, dan heb je nog een kans. Je slaat koppig toch een jaar over of je start een andere studie, en daarna trekt het wel weer bij. Je hebt tijd en geld verspeeld en je ego heeft een deuk gehad en misschien loop je je droomstudie mis, maar er is nog ruimte voor een studie. 

De leerling met autisme

Als je een student met pech + een kwetsbaarheid bent, zoals autisme of hoogbegaafdheid, wordt het extra lastig. Vaak speelt de moeite met sociale situaties ook een rol. Voor autisten is een school een grote vesting van geluid, beweging, geur, gevaar, waar je snel sociaal moet inspelen op tal van situaties. En hoera, je krijgt hulp. Dat dit vaak tegenstrijdige hulp is, tussen een zorgtak die beseft dat het allemaal wat kalmer moet en een onderwijstak die maar hamert op tempo, werkt echter averechts. Omgaan met die verschillende instructies is verwarrend en moeilijk.

Nu komen we bij het schooltrauma. De druk is zo hoog geworden en het gevoel van machteloosheid en falen zo groot dat de leerling, net als de schilder, vastloopt. Wat je ook doet, je kan dit niet winnen. Het enige dat overblijft is een stressreactie: vechten, vluchten en/of bevriezen. Vechten is meestal in de eerst fase al aan de orde geweest, dus vluchten en bevriezen blijven over. Vluchten in moeilijk gedrag, in het eigen hoofd door te piekeren, soms in verslavingen. Bevriezen in de zin van letterlijk bevriezen, niet meer in staat zijn om iets te ondernemen. 

Hoe krijg je dit weer goed? 

Met geduld, geluk, succeservaringen, cognitieve en andere therapie en begeleiding om de therapie in het dagelijks leven toe te passen. De leerling zal moeten leren dat het niet erg is dat de opleiding niet lukt. Dat dit niks zegt over de andere aspecten van diens persoon. Dat er nog vele andere manieren zijn om een doel te bereiken. Dat niet de leerling is mislukt, maar de opleiding. Dat het ook anderen overkomt en dat zij uiteindelijk toch hun weg in de wereld vinden. 

Maar als je brein al helemaal op slot zit omdat je meent dat je aan alle kanten faalt, is het ontzettend moeilijk om los te laten wat je wilde en te zoeken naar het nieuwe. Dat is voor iedereen lastig: als de schilder uit ons voorbeeld wordt ontslagen wegens slechte prestaties staat hij ook verwilderd om zich heen te kijken: ‘Wat nu?’ 

Bedenk dan hoe dat is voor voor een jong mens dat nog haast geen ervaring in de wereld heeft en nog niet heeft meegemaakt hoe dingen zichzelf ook weer ten goede kunnen keren. Hoe je met omwegen en geitenpaadjes ook op je bestemming komt. 

Kortom, het kost veel meer tijd en moeite om de leerling ‘op de rit te krijgen’ dan het had gekost om een leerling of student op tijd en afdoende op maat te ontzien. De school heeft daar verder geen last van, de maatschappij wel en het individu waarom het draait en diens gezin helemaal. 

Terwijl het wel kan. Er zijn scholen die dit in de vingers hebben. Binnen de regels weten ze tijdig de uitzonderingen en mogelijkheden te vinden en ze werken daarbij met hun oren en hun hart. Maar het zijn er niet genoeg. Het aantal thuiszitters groeit nog steeds. Dus lieve overheid, scholen en andere stake-holders: probeer het eens met wat meer zachtheid. Vergeet dat hele trein idee. Werk met je oren en je hart en help onze kinderen en jongeren. 

Nog even dit … 

Waardeer je deze blog? Overweeg dan een donatie aan onze Stichting HOEK6. Dat kan via deze link.

Stichting HOEK6 zet zich in voor de participatie en integratie van mensen met de combinatie hoogbegaafdheid en beperkend autisme. We willen meer bekendheid geven aan de specifieke problemen die deze doelgroep tegenkomt. We organiseren verschillende activiteiten voor de doelgroep, zodat ook inmiddels volwassen thuiszitters elkaar kunnen ontmoeten en vriendschappen kunnen ontstaan.

Plaats een reactie