autisme·wat vind ik?

Op je 12e in de Waarom-fase

IMG_3268

‘Wat is een trollenfabriek?’ vroeg Jongste een kleine maand geleden. Zijn honger naar kennis is enorm. Voor een deel komt dat, omdat hij nieuwsgierig is en graag alles wil weten. Maar het komt ook door zijn autisme. Bij hem is dat in zo’n mate aanwezig, dat het alles overheerst.

En dat weet hij zelf ook wel.

Nou, nee, de precieze zwaarte ervan, daarover heeft hij geen idee. Maar hij weet best dat hij dingen soms net even anders begrijpt dan de bedoeling is. En omdat zijn taalontwikkeling zo laat op gang kwam, zitten sommige op het oog eenvoudige woorden nog niet in zijn ‘kaartenbak’. Dan kun je de plank behoorlijk misslaan en wie vindt dat nou leuk.

Maar hij kan sinds een jaar of drie echt zelf praten en dus ook vragen stellen. Daarom zit hij nu, op zijn twaalfde, eindelijk in de ‘waarom’ fase.

Kleuters kunnen geweldige ‘waarom’ vragen stellen.

Jongste kan het beter. Hij heeft al veel meer kennis opgedaan in zijn leven.

En een kleuter laat zich nog wel geruststellen met: ‘Daarom.’ Of met een eenvoudig antwoord: ‘Dat is iets voor grote mensen.’ Of het iets complexere: ‘Dat weet mama niet, hoor, dat zoeken we later wel eens op.’

Ik merkte al snel, dat ik zulke tactieken niet kon gebruiken.

Hij wordt erg onrustig van ‘niet weten’.

Hij gaat raden, komt er steeds weer op terug, de gedachten over het onderwerp worden steeds wilder. Hij wil het weten en als ik hem niet help,

dan zoekt hij het zelf wel op.

Soms is dat inderdaad de beste oplossing. Ik heb hem geleerd hoe hij iets moet googlen en ik heb hem geleerd dat hij om hulp moet vragen als hij het niet snapt. Ik google ook zelf, zodat ik weet wat hij tegenkomt. Bovendien krijgen we wekelijks een rapportje van zijn computer-avonturen.

Andere keren denk ik:

‘Die zoekterm kan problemen geven’.

Dan doen we het samen. En als het echt heel complex is, zoek ik het eerst zelf uit en geef ik hem de verkorte versie.

Ik geef de korte versie, zodat de

kans dat hij de informatie verkeerd plakt,

zo klein mogelijk is. Toen Oudste klein was wees hij eens op de het kruisje op het snuitje van Nijn en vroeg: ‘Die?’ Ik antwoordde: ‘Neus.’ Vanaf die dag noemde oudste alle konijnen, alle dieren zelfs: ‘Neus.’ Ik had het woord verkeerd geplakt en afleren kostte me ruim een jaar.

Terug naar de trollenfabriek.

Hoe zal ik deze vraag nu eens aanpakken?

Ik besloot deze eerst zelf uit te zoeken, want ik wist er ook weinig van. Bovendien is het een onderwerp waarover hij veel speculeert en ik wil het in zijn hoofd kleiner en minder bedreigend maken, niet groter.

Gewone internettrollen ken ik wel en Jongste ook. Het zijn mensen die het leuk vinden om online te rellen. Beetje ruzie uitlokken, beetje spelbederven – overal waar mensen online samenkomen zijn trollen. En daar hebben we regels voor.

  • Nooit de trol voeren.
  • Niet op reageren.
  • Niet blocken, want dat is ook een reactie. Muten.
  • Facebook mag op je eigen naam mét privacy-settings, maar op alle andere plaatsen gebruik je een alias.

Die kennis kan ik als basis gebruiken.

In de trollenfabriek blijkt een ander soort trol te werken: een betaalde trol. Zij worden ingehuurd om op Social Media ‘rellerige’ berichten te plaatsen.

Het doel kan eenvoudig zijn: mensen naar een advertentiepagina lokken. Bijvoorbeeld: ‘Deze vrouw tilde een steen op. Zo, en wat er toen gebeurde!’

Ze kunnen ook fake-news posten: ‘Is deze vlek wel een weerballon? Wij denken dat het een Ufo is.’ Ook hiermee lokken trollen kijkers naar hun pagina. Die pagina staat vol met advertenties: kassa!

En deze trollen kunnen ook een politiek of sociaal doel hebben. Dan worden ze ingezet om de mening van het publiek te veranderen. Bijvoorbeeld: ‘Vertel zo vaak je kan dat er in  Oekraïne veel misdaad, geweld en corruptie is. Europeanen moeten vinden dat Oekraïne niet bij Europa hoort.’ Hoe vaker je leest dat Oekraïne zo’n naar land is, hoe eerder je denkt dat dit dan wel waar zal zijn.

Het is lastig om deze trollen te herkennen,

want zo’n bericht kan van een trol zijn maar het ook iemands echte mening zijn. Een schuilnaam, een veel te mooi en onpersoonlijk profiel of slecht gebruik van het Nederlands verraadt soms dat het om een trol gaat.

Lastig, lastig, en nog lastiger om aan jongste uit te leggen.

Maar wil hij het wel zo precies weten?

Ik denk dat hij gewoon wil weten wat echt is en wie hem voor de gek wil houden. En als hij handvaten heeft om het verschil te zien, is het al een stuk makkelijker.

Dus nu maak ik dat lange verhaal klein:

  • Een gewone trol pest en plaagt mensen over veel verschillende dingen. Zijn doel is ruzie maken.
  • Een politieke trol geeft overdreven luid zijn mening en zegt dat jouw mening fout is. Zijn doel is twijfel zaaien.
  • Een reclame trol lokt je met een spannend verhaal naar een site vol reclame. Zijn doel is geld verdienen.

Nu moet ik hem nog vertellen, wat hij moet die met die trollen.

Want ik ken hem goed genoeg, om te weten dat hij die vraag gaat stellen.

Hoe ik als volwassene op zo’n trol moet reageren, vind ik ingewikkeld. Reageer ik, dan kan de trol mij uitlachen of voor gek zetten. Dat doen ze graag, want dan denk ik de volgende keer: ‘Nou, laat maar gaan, daar heb ik geen zin in.’ Maar niet reageren geeft leugens vrij baan en dat wil ik ook niet.

Veel te moeilijk voor mij, nog moeilijker voor Jongste.

Ik houd het eenvoudig en grijp terug naar de kennis die hij al heeft: doe gewoon wat je altijd doet:

  • Nooit de trol voeren.
  • Niet op reageren.
  • Muten

Ik leg dit uit en kijk goed of

Jongste het duidelijk vindt.

Ik weet dat hij afwezig knikt als hij het helemaal begrepen heeft. Ik weet dat hij onrustig gaat bewegen als het niet duidelijk is.

Zijn reactie zit er een beetje tussenin: hij knikt wel maar draait zich naar me toe en drukt op mijn neus. Hij maakt er wat onbestemde geluiden bij.

‘Weet je nu genoeg?’ vraag ik.

Hij wil een paar voorbeelden: ‘Waarom doen mensen dit?’

Gelukkig is hij tevreden met de voorbeelden die ik heb al opgezocht had. Hij draait zich om en gaat verder met zijn spel. Nu de informatie netjes in een mapje zit, is hij rustiger.

Tot de volgende vraag opduikt!

Dat kan nooit lang duren.

Jongste is momenteel bovenmatig geïnteresseerd in alles wat Japans is: manga, sushi, waaiers en eetstokjes. Als ik de wereld voor mezelf wat makkelijker wil maken, begin ik nu alvast met een rondje You Tube.

Photo credit top: Serena. via Foter.com / CC BY-NC-ND

 

(Photo credit: Foter.com)

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s